37 jaar geleden in mijn geboortejaar 1980 werd John Lennon – samen met mede-Beatle Paul McCartney mijn favoriete artiest allertijden – vermoord voor zijn appartement in New York. Hij werd 40 jaar.
De vrouw van John Lennon, kunstenares Yoko Ono, maakte later een kunstwerk gerelateerd aan de moord: een glasplaat met een kogelgat dat je aan twee kanten moet bekijken. Als je aan de ene kant staat ben je het slachtoffer, en aan de andere kant ben je de moordenaar.
Het kogelgat kende ze van die verschrikkelijke avond voor het Dakota-appartement waar ze woonde met John en hun zoontje Sean. De eerste kogel die Mark David Chapman op Lennon afvuurde miste zijn doel en vloog door het raam heen. De overige vier kogels raakte John in zijn rug en schouder.
De psychotische Mark Chapman was geobsedeerd door The Beatles en vooral door Lennon. Hij identificeerde zich met Holden Caulfield, hoofdpersoon van het boek ‘Catcher in the Rye‘ van J.D. Salinger. Hij kreeg later een afkeur van Lennon en noemde hem phony, de favoriete belediging van Caulfield. Hij had een exemplaar van het boek bij zich op de avond van de moord waarin stond: ‘this is my statement’.
John liep naar binnen en riep “I’m shot, I’m shot”, en stortte vervolgens in elkaar. De politie arriveerde snel en besloot niet op de ambulance te wachten, maar hem direct naar het ziekenhuis te rijden. De behandelende arts constateerde al snel dat de kogels de bloedvaten rond zijn hart compleet hadden vernietigd; alle kogelinslagen op zichzelf waren hem al fataal geworden. Om 23:15 werd hij doodverklaard.
Er ging eens schokgolf door de wereld. Lennon was niet alleen wereldberoemd door The Beatles, maar ook door zijn rol als vredesactivist. 80 procent van John zat in zijn muziek: mensen die hem dachten te kennen, kenden hem dus ook in zekere zin. Tenminste drie Beatles-fans pleegden zelfmoord na de moord, waarna Ono opriep om niet toe te geven aan wanhoop.
De dag na de moord bracht Yoko Ono de volgende verklaring naar buiten: ‘There is no funeral for John. John loved and prayed for the human race. Please do the same for him. Love, Yoko and Sean.’
Nog wat (vreemde) feiten rond de moord:
● Lennon-fan en amateur fotograaf Paul Garesh maakte een foto van John toen die een handtekening zette op een plaat van zijn latere moordenaar Mark David Chapman.
● In het ziekenhuis werd een Beatles-liedje gedraaid toen John net was gearriveerd: All My Loving.
● De dag van de moord had John gitaar ingespeeld voor een nummer van zijn vrouw: Walking on Thin Ice. Het liedje ging over hoe John en Yoko herinnerd zouden worden – als ze herinnerd zouden worden – als ze tot as waren geworden. Het was intuïtief tot haar gekomen.
● Paul McCartney was blij dat tenminste hun vriendschap weer hersteld was na de breuk van The Beatles in 1970. Hij scheef een gedicht over Chapman: Jerk of all Jerks.
● In de film ‘Chapter 27‘ over de moord wordt de rol van Lennon gespeeld door Mark Lindsay Chapman, bijna exact de naam van zijn moordenaar.
Pingback: John Lennon: De Rolling Stones Interviews | FRAGMENTEN UIT HET SCHEMERLAND