De Amerikaanse filosoof Thomas Nagel (1937) werd bekend met zijn artikel What is it like to be a bat? (1974). Het is een kritiek op het reductionisme, de opvatting dat alles – inclusief onze geest – terug te voeren is tot fundamentele elementen. We kunnen een vleermuis volledig binnenstebuiten keren en alles over zijn fysisch-biologische eigenschappen leren, maar we zullen dan nog steeds niet weten hoe het voelt om een vleermuis te zijn; hoe het is om ondersteboven te hangen in een grot of blind in de nacht op insecten te jagen via echolocatie.
Nagel heeft gelijk. We kunnen onmogelijk weten hoe het is om een vleermuis te zijn of een ander levend organisme. Bewustzijn voelt uniek voor iedereen. Wij zijn allemaal het middelpunt van ons eigen universum. In een biocentrisch universum voelt dat niet alleen zo, maar is dat ook letterlijk wat er aan de hand is. We dragen het universum immers met ons mee waar we ook heengaan. Een vleermuis is, net zoals jij dat bent, een tijdelijke lokalisering van het superbewustzijn in onze spatiotemporale wereld. Zolang jouw lokalisering plaatsvindt, krijg je exclusief toegang tot unieke mentale content. Deze gedachtestromen en persoonlijke ervaringen zijn van ‘jou’ alleen en voor niemand anders beschikbaar. Dit geldt voor alle levende wezens. Zolang de lokalisering duurt, kun je niet weten hoe het is om je in een andere lokalisering te begeven. Een golf in een oceaan kan ook niet gelijktijdig in een andere golf zitten. Pas na de dood komt die mogelijkheid weer beschikbaar via mentale reïncarnatie.
Tot die tijd moeten we genoegen nemen met ervaringen in virtuele realiteit. Of we kunnen in een lucide droom transfiguratie toepassen en een mentale voorstelling maken van hoe het is om een tijger of een slang te zijn. Dit zijn beide echter slechts simulaties en dus geen volledig betrouwbare weergave van de werkelijke ervaring die de ego-geest overstijgt. Maar het is wel het dichtste bij dat we ooit kunnen komen bij de ervaring hoe het voelt om een ander levend wezen te zijn.
PS: Voor nu althans. In het boek ‘Ready Player Two’ is een technologie uitgevonden die het mogelijk maakt ervaringen op te nemen en deze via een machine-brein interface af te spelen.