Ik zag van de week dit bericht in Het Financieele Dagblad:
Mijn baas heeft het hopelijk niet gezien. Deze ontwikkeling zat er al een tijdje aan te komen, en komt nu snel dichterbij. Of maak ik me teveel zorgen? Immers, ik besteed nog altijd uren per week aan het uittikken van audiofiles. Een programma met stemherkenning zou toch wel in staat moeten zijn dit bestand met een druk op de knop om te zetten in uitgeschreven tekst. Dit zou mijn leven er veel gemakkelijker maken en ik zou meer tijd kunnen besteden aan inhoud. Maar dit is er ook nog niet, dus moet ik me zorgen maken om een robot die artikelen schrijft?
Een slimme robot kan het internet afspeuren op basis van specifieke zoekwoorden en dit samenvoegen tot basisartikel. Hij (of zij?) kan het ook zelf via een content management systeem online plaatsen. Maar hoogwaardige journalistieke content afgestemd op de lezer? Ik dacht het niet. Bedrijven sturen nog altijd persberichten de wereld in, met de ijdele hoop dat de journalist het klakkeloos overneemt. Een robot zou dit doen, maar een journalist kijkt, onderzoekt, analyseert, vergelijkt, stemt af en vraagt door. En daarmee is mijn baan voorlopig veilig.
De eerste robots die echt kunnen schrijven zijn nog ver weg, en worden in eerste instantie ontwikkeld voor megaredacties zoals The New York Times. Voor de kleine redactie of de eenzame webredacteur is zo’n systeem onbetaalbaar. En mocht het in 2080 toch zo ver zijn, zijn er nog altijd content experts nodig om zo’n ding juist te programmeren. Ik hoef me voorlopig nog niet om te scholen.