Carl Gustav Jung #3: Alchemie

Lees ook: Carl Gustav Jung #2: Psyche en materie

In de jaren 30 van de vorige eeuw bestudeerde Jung de alchemie en kwam tot een analogie tussen de begrippen uit deze oude tak van de natuurfilosofie en zijn psychologie. Archetypische symbolen speelden een grote rol in de alchemie en dat was wat de beroemde psychiater er zo in aansprak.

In het tijdperk waarin Jung leefde, en ook nog in onze huidige maatschappij, bekijken de meeste mensen de wereld op een objectieve, wetenschappelijke manier. De connectie met het collectieve onbewuste – dat zich uitdrukt in symboliek – is verloren gegaan. Volgens Jung en zijn discipelen is dat de oorzaak van de vele neurosen waar de mensheid mee kampt.

De alchemie herkende de archetypische beelden en het belang daarvan voor de mensheid. Jung moest wennen aan de bizarre beeldtaal van de alchemisten, maar vond er uiteindelijk verborgen betekenis in. Wat hij ontdekte in de beelden waren de vele tegenstellingen die voortkomen uit het onbewuste: de diepte en hoogte, moord en liefde, licht en duisternis. Hij vond alle stadia van groei en verval, verstarring en transformatie, weerspiegeld in de rijke alchemistische symboliek.

Onze hedendaagse wetenschap is onovertroffen als het gaat om het creëren van de meest ingenieuze technologische toepassingen, maar de alchemie, de middeleeuwse voorloper van de hedendaagse wetenschap, was superieur in het mentale aspect; de connectie met de archetypische onderstroom. Newton, met wie de moderne wetenschap begon, was een groot kenner van de alchemistische kennis en nam deze zeer serieus. Het ontzielde wetenschappelijke wereldbeeld is niet met hem begonnen, maar wel met zijn wetenschappelijke ontdekkingen.

Alchemie heeft als grondbeginsel dat alles met elkaar in verbinding staat. De macrokosmos en microkosmos zijn verbonden en de mens staat in het midden daarvan. In het boek van Hermes – de bijbel van de alchemisten – was de mens in het begin nog een met God, maar daalde hij uit nieuwsgierigheid af naar de aarde, de verwarrende wereld van de materie. Er bloeide liefde op tussen de natuur en de Goddelijke mens die zichzelf in de natuur herkende, en dat leidde tot een versmelting van het Goddelijke met de materie. De uitdaging voor de mensen is nu om zichzelf in het stof – de eenheid van henzelf en God – te hervinden. En dat is de link met de dieptepsychologie van Jung.

De alchemisten en de astrologen van die tijd beschreven wat zij zagen op subjectieve wijze. Wat zij buiten zichzelf zagen was een afspiegeling van wat zich in de menselijke psyche voltrok. Turen in het donkere universum, het bestuderen van materie, is als kijken naar jezelf. Die zienswijze is verloren gegaan. Dit kan volgens Jung resulteren in massapsychose en dat is gevaarlijker dan een atoombom. Het kan leiden tot volledige ineenstorting van onze ecosystemen en samenlevingen. Onwetendheid is de grote ramp voor de ziel van de tegenwoordige mens.

Mercurius – een slang in een cirkel die zijn eigen staart opeet – is een belangrijk symbool in de alchemie. Het staat voor de schepping en vernietiging, de vereniging van tegenstellingen. Het herstel van de psyche vindt plaats door het verband te vinden tussen de manifeste en niet-manifeste wereld, het besef dat alles een en hetzelfde is. De mens maakt zelf deel uit van die eeuwige, Goddelijke, vloeiende energie. Opnieuw de connectie maken met het onbewuste – onze diepste natuur – is het enige wat ons kan redden uit de destructieve cyclus waar we nu inzetten, die cyclus van psychische ziekte en ecologisch verval. Dat was, voor Jung, wat we van de alchemisten kunnen leren. Ze waren dus niet zozeer meesters van de materie, maar juist van de diepste krochten van de psyche.

In het vierde en laatste fragment over Jung staat het lijden van de ziel centraal.

Een Reactie op “Carl Gustav Jung #3: Alchemie

  1. Pingback: Carl Gustav Jung #4: Lijden van de ziel | FRAGMENTEN UIT HET SCHEMERLAND

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.