Scarface (1983)


‘He loved the American dream. With a vengeance’

Directed by:
Brian De Palma

Written by:
Oliver Stone

Cast:
Al Pacino (Tony Montana), Steven Bauer (Manny Ribera), Michelle Pfeiffer (Elvira Hancock), Mary Elizabeth Mastrantonio (Gina Montana), Robert Loggia (Frank Lopez), F. Murray Abraham (Omar Suarez), Paul Shenar (Alejandro Soza), Miriam Colon (Mama Montana), Harris Yulin (Mel Bernstein), Angel Salazar (Chi Chi)

Miami, the 1980s: Bad fashion, worse music, neon-lit nightclubs, yeyo, Cubans, Colombians, chainsaws, bikini-clad women, submachine guns, swimming pools, sports cars, hot tubs, and DEA agents. Welcome to the world of Tony Montana, the world of Scarface!

Brian De Palma’s Scarface is a bold, brash remake of Howard Hawks’ classic. Scripted by Oliver Stone – who wrote it while recovering from cocaine addiction in France – the story remains largely the same as the original, but the setting shifts dramatically. Instead of Prohibition-era gangsters, we follow the ruthless rise and fall of Cuban drug kingpin Tony Montana in the seedy underworld of Miami’s cocaine boom.

The film tracks Tony’s journey from a penniless refugee to a feared drug lord. Arriving from Cuba on an immigrant boat alongside his best friend Manny (Steven Bauer), Tony starts off running small-time hustles before proving himself as a vicious enforcer. His brutal ambition propels him up the ranks of Miami’s drug empire, ultimately overthrowing his boss, Frank Lopez, and taking everything – his empire, his woman (Michelle Pfeiffer’s icy Elvira), and his lucrative Bolivian connections.

But the higher Tony climbs, the faster he spirals downward. Paranoia sets in, fueled by mountains of cocaine. His marriage crumbles. His violent possessiveness over his sister hints at some unsettling, unspoken obsession. His reckless decisions alienate his allies, and when he crosses his powerful supplier Alejandro Sosa, the consequences are deadly. The film hurtles toward its legendary, blood-soaked climax, culminating in one of cinema’s most iconic shootouts.

What makes Scarface so compelling is that Tony Montana never truly enjoys his success. Unlike typical gangster flicks that revel in the spoils of crime, Scarface portrays a hollow, joyless ascent. Tony achieves everything he ever wanted, yet the moment he reaches the top, his downfall begins. The film’s bleak tone lingers from start to finish, reinforcing the idea that whether under communism or capitalism, Tony is doomed by his own insatiable greed and self-destruction.

Should you watch it? Absolutely. If only to understand its massive influence on pop culture, especially hip-hop. It’s violent, darkly funny, and features Al Pacino burying his face in a literal mountain of cocaine. Jeppy says go watch it. Okay?

Rating:

Quote:
TONY MONTANA: “You wanna fuck with me? Okay. You wanna play rough? Okay. Say hello to my little friend!”

Trivia:
Bodycount: 42.

Che Guevara – Held of schurk?

Che Guevara (1928 – 1967)

Toen ik in 2001 in Bangkok was, viel me voor het eerst het karakteristieke gezicht van Ernesto ‘Che’ Guevara op. Ik kende zijn naam toen nog niet, maar zijn beeltenis was moeilijk te missen. Elke winkel op Khao San Road verkocht Guevara t-shirts en toeristen liepen er massaal mee rond. Wie was deze man? Een revolutionair, zo weinig wist ik nog wel. Maar er werden ook minder fraaie dingen over hem gezegd. Bijvoorbeeld dat het een moordenaar was. Maar waarom zou dan iedereen zijn t-shirt dragen? Hoe zit het echt?

Een onverstandig besluit…
In 1967 slaagde een groep Boliviaan overheidssoldaten erin een klein groepje rebellen te arresteren. De leider was de Argentijnse socialistische rebel Che Guevara, die in de jaren 60 Fidel Castro had geholpen het Cubaanse regime van dictator Batistá omver te werpen. In de jaren daarop was Guevara het symbool geworpen van socialistisch succes.

In de zomer van 1967 was Guevara naar Bolivia gekomen om de corrupte overheid te breken. Tot zover waren zijn pogingen onsuccesvol geweest. Met zijn gevangenschap hadden de Bolivianen de kans zijn imago verwoesten door hem in een publieke rechtszaak als verliezer neer te zetten. Ze kozen er echter voor om hem te executeren en zijn dode lichaam te laten fotograferen. Een cultheld, die bereid was te sterven voor zijn idealen, was geboren.

Een korte geschiedenis van Che
Che Guevara groeide op in Rosario, de dichts gelegen stad nabij de Argentijnse hoofdstad Buenos Aires. De zeer intelligente Che was astmatisch en moest soms dagen in bed blijven. In die tijd verslond hij boeken (zijn vader had er zo’n 3.000) over onder andere wiskunde, filosofie, politiek en sociologie.

Het opnemen voor sociale outcasts kreeg Che er met de paplepel ingegoten. Zijn ouders waren intellectuelen die graag politieke debatten voerde. Deze basis en zijn goede stel hersenen zorgden ervoor dat Che excelleerde op school. In 1941 maakte de toen 13 jarige Che zijn eerste grote motortocht door het land. Daarna begon hij aan de hoge school waar hij opviel door zijn jonge volwassenheid, zijn openlijke afkeuring van de Katholieke kerk, en zijn Marxistische idealen.

Che Guavara 2

In deze tijd sloot hij zich aan bij de jeugdbeweging die uiteindelijk de confrontatie zou aangaan met dictator Juan Perón. In 1947 ging Guevara medicijnen studeren aan de universiteit van Buenos Aires. In deze periode gingen zijn ouders scheiden en Che trok bij zijn moeder in. Via haar leerde hij een aantal toonaangevende Argentijnse Marxisten kennen. Che’s toewijding aan zijn studie en vele buitenschoolse activiteiten leiden tot een enorme persoonlijke ontwikkeling.

Een nieuwe motortocht leidde tot het besef dat een (gewapende) revolutie nodig was in zijn land. In de zomer van 1955 zou Che tijdens een reis door Mexico Fidel Castro en zijn broer Raoul ontmoeten. Deze ontmoeting zou zijn leven veranderen. Che zou snel een rol gaan spelen in het omver werpen van het door de VS gesteunde regime van president Batistá in Cuba.

Guerrilla oorlog
Zijn ervaringen in Zuid Amerika hadden hem strijdlustig gemaakt tegen wat hij als de echte vijand beschouwde: de CIA, door de VS bestuurde conglomeraten, en Amerikaans imperialisme dat onderdrukkende regimes – zoals dat van Batistá – in stand hield. Dus sloot hij zich aan bij de guerrilla beweging van Castro. Nu kreeg hij de kans echt wat te betekenen. Met een belachelijk kleine groep rebellen drongen de Castro’s en Guevara Cuba binnen. Ze wisten de sympathie van de lokale bevolking te winnen, en met behulp van lokale hulp en intelligentie wisten ze uiteindelijk in 1959 Batistá te verslaan.

Het is gedurende deze strijd dat de twee kanten van Guevara beide maximaal zichtbaar werden, waar de titel van dit artikel op zinspeelt. De held Guevara was onbevreesd, zette zijn leven talloze keren op het spel om zijn idealen te verwezenlijken, nam het op tegen corruptie, en wist uiteindelijk een bijna onvoorstelbare overwinning te behalen.

Maar er was een keerzijde: Guevara ging gewelddadig en fanatiek te werk. Hij was gaan geloven dat gewapende revolutie het antwoord was, en deinsde er geen moment voor terug soldaten en handlangers van het bewind te doden. Ook liet hij soms guerrilla’s executeren die verdacht werden van verraad. Na de overname van de macht in Havana heeft Guevara een leidende rol gespeeld in het executeren van Batistá’s mensen.

De werkelijkheid is te complex om te kunnen spreken van held of schurk. Wie gelooft dat geweld geoorloofd is in tijden van oorlog, of bij het bestrijden van corrupte regimes, zou Guevara wellicht een held kunnen noemen. Net zoals William Wallace dat is in Braveheart wanneer hij de Engelsen in bijna onmogelijke situaties weet te verslaan. Maar kan een held iemand zijn die zonder pardon geweld gebruikt tegen vijanden die al verslagen zijn? Dat lijkt mij niet.

Een laatste puntje mag niet onvermeld blijven en dat is dat juist van deze exemplarische socialist, die consumptisme verfoeide, miljoenen t-shirts worden verkocht per jaar. Dat is ironie ten top.

Icon 25 - Stars