Vorig jaar was mijn vaatwasser kapot. Met de hand afwassen wil je niet, dus wat doe je dan als je in Schermerhorn woont? Dan bel Mr. Konijn, de witwas reparateur. Mr. Konijn had een grote winkel in witgoed in het nabij gelegen Ursem. Daarbij hoorde ook een reparatieservice. Hij zag er slecht uit; zwaar overgewicht, en hij had een grauwe, sombere uitdrukking op zijn gezicht. Aan alles was te zien dat het niet goed met hem ging. Een week geleden hoorde ik dat hij failliet was. De vraag die ik stel is, ging het slecht met hem omdat zijn zaak slecht ging? Of ging de zaak slecht omdat het met hem slecht ging?
In mijn ervaring zijn het altijd de mensen die een bedrijf tot een succes maken. En ook al is het misschien wat hard om te stellen voor Mr. Konijn, maar het falen van bedrijven is ook altijd aan menselijk handelen toe te schrijven. ‘Ho wacht eens even. De economie kan toch ook tegenzitten’?, zou iemand kunnen zeggen. Tuurlijk, maar er zijn ook bedrijven die er geen last van hebben. Er bestaat een onlosmakelijke link tussen economische performance en de menselijke staat en het gedrag dat daaruit voortvloeit.
Omdat Mr. Konijn zijn telefoon was afgesloten heb ik maar een andere vaatwas reperateur gebeld, Mr. de Zwaan. Hij belde netjes terug en kwam gisteren op afspraak. Het was een vriendelijke, rustige man, die zonder al te veel poespas aan het werk ging en 45 minuten later kwam melden dat de klus geklaard was. Hij had zelfs een draagbaar pinapparaat bij zich zodat we de rekening meteen konden betalen. De prijs was ook best in orde: 70 euro. Kortom, we hebben een low maintenance reparateur te pakken die high quality werk aflevert.
Stel nou dat je me zou vragen of deze meneer de Zwaan over vijf jaar nog in business is, zou ik zonder twijfel ‘ja’ zeggen. Als je me vorig jaar had gevraagd of ik dacht dat meneer Konijn het nog een jaar zou volhouden, had ik hoogstwaarschijnlijk ‘nee’ geantwoord. De conditie van, in dit geval een persoon, is bepalend in het maken van een economische inschatting. En dat is dan ook een normale praktijk onder investeerders die voortdurend zulke afwegingen maken. Als de CEO van een bedrijf waarin zij investeren zijn vrouw verlaat voor een jonge secretaresse is dat een teken aan de wand dat hij niet meer beide beentjes op de grond heeft. Terugtrekken dus, of het management vervangen.
Wat in micro situaties toepasbaar is, kan ook in het groot. Hoe gaat Nederland het er economisch vanaf brengen de komende jaren? Er bestaat vast een krachtig verband tussen Bruto Nationaal Product en Bruto Nationaal Geluk. De inwoners van Albanië schijnen zich gemiddeld genomen niet erg gelukkig te voelen, maar hun economie staat er dan ook niet al te rooskleurig voor. Komt het ene door het andere, of het andere door het ene? Wat kwam eerst, de kip of het ei?
In Nederland ging het lange tijd geweldig economisch, maar toch is het Nederlandse volk altijd overwegend pessimistisch. Of niet soms? Volgens mij wel, dus waarom ging het dan zo goed? Toch schijnen Nederlanders overwegend wel gelukkig te zijn, dus als we niet naar de buitenkant (gezeik) kijken, maar naar de innerlijke mens klopt de voortvarende economie wel.
Toch bespeurt mijn radar wel een omslag hierin. Ik heb het idee dat de mensen meer in de put zitten dan een paar jaar terug. Het is een soort nationale depressie. Hoe zijn we daarin belandt? In de politiek gebeurt er weinig om vrolijk van te worden, en ook economisch blijft er slecht nieuws binnenkomen. De economie groeit misschien wel weer heel marginaal, maar grote aantallen banen vallen structureel weg. Werkloosheid wordt niemand blij van. Paul Schnabel zei het laatst wel mooi: ‘De crisis is voorbij. Als je een baan hebt.’
Uiteindelijk gaat alles in golven, zowel de economie als het humeur van de Nederlanders. En alle golven mogen er zijn.