Hoe staat Nederland er sociaal-economisch nu echt voor?

Nederlanders hebben snel een oordeel over iets klaar. Daarom was het zo verfrissend om laatst een sessie met Paul Schnabel (directeur Sociaal en Cultureel Planbureau) bij te wonen, die verschillende mythen die de ronde doen mooi wist te ontkrachten en ons kon vertellen hoe het echt zit.

‘Het gaat de verkeerde kant op met Nederland’
Wellicht klopt dat wanneer het gaat om de opkomst van dat zwijn Wilders en de haat tegen vreemdelingen, maar economisch gaat het lang niet slecht. Volgens het instituut achter het World Economic Forum van Davos, het grote congres voor politieke en economische leiders van de wereld, behoort Nederland tot de meest gewaardeerde en geavanceerde economieën ter wereld. Nederland staat op plaats 5 achter Zwitserland, Singapore, Finland en Zweden. ‘Fantastische infrastructuur’, aldus het rapport. ‘Uitstekend onderwijs, goede overheid en een bedrijfsleven dat agressief opereert op de internationale markten.’

We doen het dus goed. Volgens Schnabel investeren we echter te weinig in research & development. Landen als Zwitserland en Zweden zitten al gauw op 3-4 procent van het Bruto Binnenlands Product (BBP) en sommige deelstaten in Duitsland op zes procent. Wij zitten op 1,6 procent en dat percentage is dalende. Er staat dan ook geen enkele Nederlandse organisatie in de top 100 meest innovatieve bedrijven. Dat is een signaal, want op termijn zullen we innovatiever moeten zijn.

Onze welvaart is enorm gestegen de afgelopen 20 jaar. Als je de inflatie eruit filtert en je 100 euro neemt in 1990, dan was die 107 euro in 2000 en 125 euro in 2010. Dat zijn heel behoorlijke groeicijfers. Hieronder nog wat economische cijfers:

-Bevolking – Nr. 8 van de EU 27
-Inkomen per hoofd van de bevolking – 36.000 euro (Nr. 2 na Luxemburg)
-Absolute omvang economie – Nr. 17 van de wereld
-Exportpositie – Nr. 7 van de wereld (Nr. 2 in de EU)
-Arbeidsparticipatie M/V – Nr. 1 in de EU (kampioen deeltijdwerken)
-Wereld Misère Index – Beste score

‘We hebben een enorm vergrijzingsprobleem’
Dat valt erg mee volgens Schnabel. Wij behoren nog steeds tot de jongste landen van Europa. Landen als Zweden, Duitsland en Italië zitten al op 20 procent 65 plussers. Japan gaat al naar 25 procent. Dat bereiken wij pas in 2040. We kunnen dus leren van die landen zou je zeggen, maar tot nu toe zijn er geen landen zo goed mee omgegaan als wij. We hebben fors geïnvesteerd in pensioenen en die pot bedraagt inmiddels zo’n 850 miljard euro. Meer dan de helft van het pensioenvermogen in de Eurozone bestaat uit Nederlands geld. Dat geeft ook een zorg, want blijft dat ook zo? Maar het is in ieder geval beter geregeld dan in andere landen.

Onze bevolking groeit nog. Per jaar komen er zo’n 50.000 mensen bij. We hebben een vrij hoog geboortecijfer en een heel laag sterftecijfer. Nog groter is de stijging van het aantal huishoudens. Er zijn steeds meer Nederlanders die in een één of tweepersoonshuishouden wonen. In Amsterdam is meer dan 50 procent van de huishoudens een eenpersoonshuishouden. Dat betekent wel wat voor de woningbehoefte in ons land.

‘De werkloosheid loopt op’
Dit is helaas wel waar. Dat percentage is nu 7,5 procent. Ook hebben we 750.000 ZZP’ers die in dat werkloosheidscijfer niet meetellen, ongeacht of ze wel of geen betaald werk hebben. Daarnaast zijn er 1,5 miljoen mensen met een uitkering. Pensioenen zijn nog altijd onzeker. Dat was altijd al zo, maar we dachten een tijdje dat dit niet zo was. Hoe dit verder zal gaan weten we niet, maar het is in ieder geval zeker dat het kabinet Rutte II de sociale zekerheid verder gaat inperken. Een slechte zaak.

Er een zorgwekkende tendens gaande wanneer het gaat om het aantal mensen dat van een lager of minimum inkomen moet rondkomen. Een minimum inkomen is zo’n 1.000 euro voor een alleenstaande en zo’n 1.500 voor een gezin met kinderen. Dat is echt heel erg weinig en een belangrijk signaal voor het nieuwe kabinet.

Waar vertrouwen Nederlanders op? Het minste vertrouwen ze op het kabinet. Nederlanders vertrouwen het meeste op de televisie en de pers. Grappig maar waar, want feiten zoals bovenstaande worden door de media niet bijzonder interessant gevonden. Ik vorm duidelijk een uitzondering. Jammer dat de oplage van Fragmenten.blog redelijk beperkt is.

De hele presentatie van Paul Schnabel is hier te downloaden.

Geen empathie in het land van de zieken en verdoemden

Door Jeppe Kleijngeld

Het is bekend dat in het dierenrijk, dieren vaak hun zieke soortgenoten afstoten. In een wrede wereld waarin overleven centraal staat, is er geen ruimte voor zwakte en mededogen. Een snelle dood is de beste hoop voor een ziek en gebroken exemplaar. Leven is lijden, maar lijden zonder leven is geen leven, dus laat het dan maar afgelopen zijn.

Ik heb gemerkt dat het hedendaagse mensenrijk niet anders functioneert. Het is een volslagen illusie dat we ruimte hebben voor diegene die niet langer kunnen meedraaien in de altijd maar opgewekte rattenmolen waarin we allemaal zitten opgesloten.

De welvaart heeft ons veel gebracht. Als je bijvoorbeeld een been verliest bij een ongeluk, krijg je van de medische wetenschap een kunstbeen op kosten van ons maatschappelijke ziektepotje. Maar krijg je ook mentale support om je te helpen dealen met het feit dat je niet meer zo hard kunt meelopen met de status quo? Dat is maar zeer de vraag…

Wanneer de diagnose chronische pijn luidt, zullen mensen al snel verstarren. Ze hebben er geen plaats voor in hun schijnperfecte wereld. Ze zullen het oprecht rot voor je vinden – eventjes – maar zich vooral zeer ongemakkelijk voor zichzelf voelen. Zolang er nog hoop is op een medische oplossing, zal dat de gemakkelijke mentale ontsnappingsroute zijn (‘ach, het komt wel goed joh!’), maar als de diagnose ‘levenslang’ gesteld wordt, gebeurt er wat anders met mensen. Ze schieten terug in hun dierenmodus, maar beseffen tegelijkertijd dat uitstoting in ons vredelievende en zogenaamd sociale maatschappij niet tot de gangbare opties behoort. ‘Hoe gezellig blijft hij er onder?’, zullen ze zich (soms hardop) afvragen. ‘Is hij nog wel een gezellige gozer op de borrel, het uitstapje, de wintersport? Of gaat hij alleen maar zitten treuren en de atmosfeer verzieken met zijn negativisme?

In vroeger tijden waren mensen an sich weinig vrolijke fransen. Er was redelijk weinig om vrolijk over te zijn met armoede, honger, sterfte en verdriet in het kwadraat. Wat ik al schreef, de welvaart heeft ons veel gebracht. Maar de tolerantie voor lijden is dusdanig afgenomen dat het ons ontbeert aan oprechte empathie vanuit het hart, het soort waar een zieke écht wat aan heeft kortom. Mensen zullen nu het zieke exemplaar dood wensen. Niet bewust of vanuit slechte intenties, maar ze zullen het wel doen omdat dit evolutionair zit ingebakken. Beter worden of sterven, dat zijn de opties waar we mee kunnen leven. De tussenweg – afvaren langs de rivier de Styx – is niet vertrouwd, niet veilig en niet acceptabel. Dan maar negeren het probleem en doen alsof.

Ik voel me wél erg comfortabel bij de rivier de Styx en zal deze met volle overtuiging afvaren tot het einde, waar dat ook mag zijn. In het perfecte Facebook-wereldje heb ik me sowieso nooit thuis gevoelt. Vrij leven of sterven, dat is waar het voor mij om draait. Bovendien is er nog altijd goede drugs, iets moois dat de mens heeft voortgebracht om het lichamelijke ongenoegen van de zieken en verdoemden te verzachten. Op het gebied van mentale pijn hebben we echter nog hééééééééle grote stappen te zetten om uit de voetsporen van onze voorouders te treden.
Evolutie

Ommekeer van de tijd

‘Het is heel fundamenteel wat er nu gebeurt.’ Dat zei één van mijn FM.nl columnisten laatst tijdens een trendmeeting 2013. Hij doelde op de economische neergang van het Westen die we momenteel ervaren. De muziek gaat langzamer draaien de komende jaren en daar hebben we afgelopen week een paar duidelijke voortekenen van gezien.

Zo maakte Computable maandag bekend dat ICT-dienstverlener Capgemini 400 duurdere medewerkers heeft gevraagd om een stuk salaris in te leveren. Meer dan 10 procent in sommige gevallen. Een salarisverlaging!!!! Dit was voordat de crisis in 2008 begon werkelijk ondenkbaar. Nu is dit kleine nieuwsbericht mogelijk nog maar het begin van een nieuwe ontwikkeling die we op grote schaal gaan zien. Jarenlang hebben bedrijven te veel salaris betaald, en nu valt de bijl naar beneden.

Het tweede bericht kwam van het Nibud (Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting) en stelde dat 45 procent van de Nederlanders moeite heeft rond te komen. Twee à drie jaar geleden was het nog 37 procent. Dus je ziet een toename van het probleem en dat is ook niet gek als je ziet dat de koopkracht maar blijft dalen. Op de koop toe werd vrijdag gemeld dat het einde van de Europese schuldencrisis nog lang niet in zicht is. Er moet afgeboekt worden op Griekse leningen en flink ook.

Is de tijd van de grote ommekeer gekomen?

Is de tijd van de grote ommekeer gekomen?

Als dit het begin van 2013 is, hoe zal de rest van het jaar er dan uit zien? Ik denk dat het niet alleen –weer- een zeer lastig jaar wordt, maar – en dat kwam ook naar voren op de FM.nl trendmeeting – dat we in het Westen serieus rekening moeten houden met een substantieel lager welvaartsniveau. Alle groei zit in Azië. In het Westen is ieder bedrijf aan het terugmanagen. Hetzelfde geld voor de overheid. Consumentenbestedingen liggen op hun gat.

Nu is het allemaal heel relatief. Als je ziet wat Nederlanders met Kerst voor inkopen doen lijkt het mee te vallen met het verlies van inkoopkracht. Echter, een heel klein verlies aan welvaart, voelt als een heel groot verlies. We hebben een zodanig lange tijd economische groei gekend dat het idee van ‘altijd maar meer’ volledig zit ingebakken. Daarom zal er nog een lange periode van slecht nieuws overheen moeten gaan voordat we gewend zijn aan de nieuwe realiteit; dat het ook een beetje minder kan zijn.

We moeten er rekening mee houden dat dit niet zomaar een crisis is die wat langer duurt dan gebruikelijk. Dit is fundamenteel. De grote ommekeer. De wereld zal er nooit meer zo uit zien als hij deed. In de geschiedenisboeken zal naar deze periode gekeken worden als de tijd waarin de economische heerschappij van het Westen ten einde is gekomen. Het is een boeiende tijd om in te leven.