Wat zijn de beste klimaatoplossingen volgens ChatGPT?

Het was al lang geleden voorspeld: nieuwe toepassingen met kunstmatige intelligentie zullen ons steeds vaker versteld doen staan.

En toen was daar opeens ChatGPT (Generative Pre-trained Transformer), ontwikkeld door OpenAI, een onderzoekslaboratorium voor kunstmatige intelligentie. ChatGPT is een chatbot die vragen kan beantwoorden, essays kan schrijven in iedere denkbare stijl, muziek kan componeren en computerprogramma’s kan debuggen.

Ik heb de bot een aantal opdrachten gegeven om zijn taal- en schrijfvaardigheden te testen. Een voorbeeld was: ‘schrijf een korte essay over Donald Trump in de stijl van Hunter S. Thompson’. Het resultaat was zeker op taalgebied behoorlijk indrukwekkend. Inhoudelijk was het vreemd genoeg zeer complementair over Trump. Het is twijfelachtig dat de Gonzo-journalist zo positief was geweest over de ex-president, maar een interessante keuze was het wel.

Om de journalistieke vaardigheden van de AI-toepassing te testen heb ik het onderwerp klimaatverandering gekozen. Kan ChatGPT met een diepgaande analyse komen die zich kan meten met de beste klimaatjournalisten?

Op de vraag: ‘wat zijn de beste manieren om klimaatveranderingen tegen te gaan?’ komt hij (ik noem hem voor het gemak ‘hem’) met een opsomming van zeven maatregelen, waaronder het overschakelen op wind- en zonne-energie en het bevorderen van duurzame landbouw- en visserij. Dit is nog behoorlijk algemeen.

Daarom een vervolgvraag: ‘Welke maatregel tegen klimaatverandering kan de meeste uitstoot verminderen binnen tien jaar?’

Het antwoord: ‘Een van de meest effectieve maatregelen die snel kan worden genomen om uitstoot te verminderen, is het verminderen van de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen in de energie-industrie. Dit kan worden bereikt door het verhogen van de investeringen in hernieuwbare energiebronnen, zoals zon- en windenergie, en het verminderen van de subsidies voor kolen- en olie-industrieën. Ook het versnellen van de elektrificatie van transport kan een grote bijdrage leveren aan de reductie van uitstoot. Dit kan worden bereikt door het bevorderen van de aanschaf van elektrische voertuigen en het uitbreiden van het aantal oplaadpunten.’

Niet slecht. Ik vraag nog even door over de rol van kernenergie. De bot komt met vijf verschillende manieren waarop kernenergie optimaal ingezet kan worden om de klimaatdoelen van Parijs te halen, zoals het inzetten van kernenergie in industrieën die moeilijk te decarboniseren zijn, zoals de scheepvaart of de luchtvaart. Daarbij merkt ChatGPT uit zichzelf op dat het belangrijk is om te benadrukken dat kernenergie niet de enige oplossing is voor de klimaatcrisis, en een mix van verschillende hernieuwbare energiebronnen en energiebesparingsmaatregelen noodzakelijk zijn om de klimaatdoelen te behalen.

Het aardige van chatten met de slimme bot is dat hij een eigen persoonlijkheid lijkt te hebben in de antwoorden die hij geeft. Dit is duidelijk een grote leap forward voor kunstmatige intelligentie.

Kan ChatGPT een bedreiging vormen voor de journalist? Het is lastig de impact van technologie te voorspellen, omdat het publiek ermee aan de slag gaat en daar weer nieuwe aanpassingen en verbeteringen uit voortkomen. In de huidige vorm is ChatGPT voor de journalist vooral een extra bron om in te zetten en wel eentje die van elk onderwerp verstand heeft tenminste tot aan 2021 (de robot haalt informatie uit een eigen database). Ook is het een handige schrijfhulp die je kan voorzien van basisteksten die je dan alleen nog maar hoeft te bewerken. Ik zie het dus vooral als een handig hulpmiddel dat de deur opent naar allerlei nieuwe mogelijkheden.

Zelf proberen? Maak kennis met ChatGPT via www.openai.com

 

Hoe technologie iedere industrie aan het hercreëren is

De ontwikkeling en convergentie van technologie gaat met hyperloop-snelheid en zal de komende tien jaar complete industrieën transformeren. Dit levert zowel kansen als bedreigingen op.

The Future is Faster Than You Think van techno-visionair Peter H. Diamandis en journalist Steven Kotler is het derde deel in hun exponentiële mindset-serie. In het eerste deel Abundance beschreven ze hoe exponentiële technologie schaarste verandert in overvloed. Aluminium was bijvoorbeeld ooit een waardevol metaal totdat we elektrolyse ontdekten waarmee we het in overvloed konden produceren. Nu gebruiken we het als wegwerpmateriaal. Door de ogen van technologie is schaarste nooit het probleem, maar toegankelijkheid. Er valt meer dan 5.000 keer meer zonne-energie op aarde dan we in een jaar gebruiken. Als we dit konden inzetten werd energie direct gratis.

In het vervolg Bold keken de auteurs naar ondernemers met de gedurfde mindset die noodzakelijk is om deze technologie in te zetten om grote wereldproblemen op te lossen. Een uitstekend voorbeeld is het door Diamandis zelf opgerichte Planetary Resources, een private onderneming in asteroïden-mijnbouw. Het bedrijf is ontstaan vanuit de visie dat het delven van schaarse grondstoffen uit de ruimte economische groei mogelijk zal maken op dezelfde manier dat ontdekkingsreizen op aarde dat gedaan hebben.

Nu richten ze hun pijlen op de convergentie van exponentiële technologieën en de impact die dit zal hebben op iedere denkbare industrie in de komende tien jaar. Ze beginnen met Uber Elevate, dat bezig is een dienst voor vliegende auto’s te ontwikkelen in Los Angeles, één van de drukste steden ter wereld. De vliegende auto’s zijn er al, dus het draait nu allemaal om het opschalen van de vloot en het bouwen van zogenoemde skyports op de daken van flatgebouwen. In 2023 wil Uber de dienst al operationeel hebben met een vloot van volledig elektrische e-copters die drie uur kunnen vliegen met een snelheid van 240 kilometer per uur. In één e-copter passen een piloot en vier passagiers en opladen kost maximaal 15 minuten. In 2030 verwacht Uber dat alle grote steden een dergelijke service operationeel hebben. Hun volgende missie: het volledig irrationeel maken van auto-eigenaarschap. De zelfrijdende auto gaat de miljoenen uren die we nu verspillen aan autorijden weer productief maken. Veel gezinnen hebben momenteel twee auto’s die ze maar vijf procent van hun tijd gebruiken. Algoritmes kunnen dit veel beter. Wanneer er zoveel waarde te winnen valt, gaan bedrijven ontwricht raken. Modellen gericht op parkeren, auto-eigenaarschap en tanken hebben dan ook een probleem.

Rekenkracht
De razendsnelle ontwikkelingen zijn mogelijk door tien verschillende exponentiële technologieën die de auteurs beschrijven. Zodra een technologie digitaal wordt, lift het mee op Moore’s Law en ontwikkelt het zich exponentieel. Eén van de beschreven technologieën is quantum computing. Een normale computer gebruikt bits, signalen die twee waarden kunnen aannemen (een 1 of een 0). Een kwantumcomputer gebruikt qubits. Deze informatie-eenheden zijn door bevriezing in staat in vele verschillende staten tegelijk te verkeren. Dit stelt de kwantumcomputer in staat enorm complexe berekeningen uit te voeren in een fractie van de tijd die het nu kost. IBM’s Big Blue – de supercomputer die schaakkampioen Garri Kasparov versloeg in 1997 – kan bijvoorbeeld 200 miljoen zetten per seconde berekenen. Een kwantumcomputer haalt er meer dan een triljoen.

Deze technologie gaat een grote impact hebben op vele sectoren, waaronder de farmaceutische industrie. In plaats van duizenden chemische verbindingen te bestuderen in laboratoria, kan dit onderzoek straks grotendeels in een kwantumcomputer gebeuren. Zo kan de tijd die het kost om nieuwe medicijnen te ontwikkelen enorm verkort worden. De auteurs verwachten dat de grote impact zal komen wanneer er goede gebruikers interfaces beschikbaar komen. En dat brengt ze op de volgende technologie: kunstmatige intelligentie (KI). Techreuzen als Google, Amazon en Microsoft zijn aan het racen om KI-gebaseerde cloud-diensten beschikbaar te maken voor de massa’s. We staan op het punt allemaal een hele capabele KI-assistent te krijgen. Voeg hier nog augmented en virtual reality aan toe en er komen weer talloze mogelijkheden bij. Bijvoorbeeld levensechte avatars. De bekende zelfhulpgoeroe Tony Robbins is een van de eerste die een KI-avatar van zichzelf heeft laten bouwen. Deze digitale versie is nog net van de echte Robbins te onderscheiden, maar dat duurt niet lang meer. Haptische handschoenen zorgen ervoor dat aanraking van virtuele omgevingen nu ook tot de mogelijkheden behoort. Dat deze ontwikkelingen veel huidige businessmodellen in de ‘ervaringen industrie’ op de proef zal stellen vraagt weinig fantasie.

>>> Lees verder op CFO.nl <<<

[Klaar voor de => “AI-revolutie”]

Machines die slimmer zijn dan mensen. Het kan realiteit worden in de toekomst en daar zitten veel haken en ogen aan. Verschillende topexperts brengen de implicaties in kaart in de documentaire We Need To Talk About A.I.

In deze fase zijn we omringt door Narrow AI, kunstmatige intelligentie die een specifieke taak veel beter dan mensen kan uitvoeren. Bijvoorbeeld schaken, autorijden, beleggen, een vliegtuig besturen en gezichten herkennen. Deze AI is vergelijkbaar met een autistische savant. Dit is indrukwekkend, maar staat nog ver af van A.G.I.: Artificial General Intelligence. Mocht dit ooit arriveren, wat gaat er dan gebeuren? De scenario’s in films zijn meestal niet erg rooskleurig. Denk maar aan The Terminator, The Matrix, 2001: A Space Odyssey en Ex Machina. Ook verschillende publieke figuren hebben gewaarschuwd voor de gevaren van AI, zoals Elon Musk, Stephen Hawking en Bill Gates.

Een van de gevaren is dat AGI-machines niet noodzakelijk dezelfde doelen als de mensheid nastreven: het goal alignment probleem. Bijvoorbeeld, wanneer de missie wereldvrede is, dan vindt de AI het misschien wel een goed idee om het hele menselijke ras uit te roeien. Zie bovenstaande films voor dergelijke scenario’s. De film die waarschijnlijk het meest realistische beeld geeft is 2001: A Space Odyssey. De boordcomputer HAL van het ruimteschip Discovery One besluit dat hij de missie naar Jupiter beter zonder bemanning kan uitvoeren, en probeert astronauten om zeep te helpen. Een duidelijk goal alignment probleem. Maar veel AI-experts worden boos van dit soort bangmakerij. Het is onmogelijk om ver vooruit te kijken bij technologische ontwikkelingen. We moeten gewoon bouwen, experimenteren en leren van wat er goed en fout gaat.

Dat kan zo zijn, maar er is wel een grote zorg die tijdig geadresseerd moet worden. Als AGI wordt ontwikkeld kan dat de machtsverhoudingen op de wereld enorm verstoren. Stel dat een dictator als Poetin, Trump of Xi als eerste AGI in handen krijgt… Ik durf er niet aan de denken. Of mogelijk even verschrikkelijk; een tech-gigant als Google of Facebook die ermee aan de haal gaat. Dit is een winner takes all contest. Degene die het als eerste krijgt zal binnen de kortste keren iedere industrie domineren. Hier moeten we afspraken over maken of het kan rampzalig uitpakken.

Maar er is ook heel veel dat AGI kan brengen. Een paar voorbeelden: tijdig de signalen herkennen van hartproblemen, kanker en suïcide. Het sterk verbeteren van verkeersveiligheid. Het laten slagen van veel meer operaties met robotchirurgie. Maar ook het mogelijk maken van een meer gelijkwaardige verdeling van welvaart binnen een vrije markt economie. En zorgen voor meer duurzaamheid en minder oorlog.

Dit klinkt idyllisch, maar een keerzijde hiervan kan weer zijn het inleveren van vrijheid. Een AI dictatorschap dus. Een tussenvorm kan zijn dat de AI als scenarioplanner fungeert die de mens alle ideale beleidsvoorstellen voorlegt. Maar de mensen blijven beslissen. We moeten hoe dan ook nadenken over hoeveel autonomie we machines geven. Dat geldt bijvoorbeeld ook voor zelfrijdende auto’s die ethische keuzes moeten maken, zoals het laten sterven van hun passagier of het inrijden op een groep kinderen. Wie beslist?

Er komt nogal wat bij kijken. En gezien de enorme revolutie die AI gaat inluiden is het niet verkeerd als hier zoveel mogelijk risicomanagement op los te laten. Alles wat er mogelijk verkeerd kan gaan moet in kaart worden gebracht en alle mogelijke maatregelen moeten worden genomen om deze risico’s in te dammen. De vuistregel van riskmanagement-expert Nassim Nicholas Taleb is hier van toepassing: ‘wat moeder natuur doet, is rigoureus totdat het tegendeel is bewezen; wat mens en wetenschap doen, is gebrekkig totdat het tegendeel is bewezen.’ We zijn gewaarschuwd.