De invloed van revolutionaire technologie op economie en werkgelegenheid

Door Jeppe Kleijngeld

Er komt een revolutie op ons af, die dezelfde impact zal hebben als de industriële revolutie in de 19de eeuw. Dat stellen de auteurs van ‘The Second Machine Age’. Het proces van exponentiële technologische vernieuwing zal ingrijpende gevolgen hebben voor de samenleving, de economie en de arbeidsmarkt. Wat zijn de beste strategieën om te overleven?

The Second Machine Age

Technologie – Wat komt er op ons af momenteel?
Van alle ontwikkelingen die de mensheid heeft doorgemaakt – de opkomst en ondergang van grote beschavingen, de uitvinding van landbouw en het africhten van dieren, tot het bouwen van grote steden, het ondernemen van ontdekkingsreizen en het verspreiden van religies, heeft er één ontwikkeling verreweg de grootste impact gehad: de industriële revolutie. Wanneer men de ontwikkeling van de mens als lijn uittekent, is hij eeuwenlang heel geleidelijk omhoog gegaan, en toen in één klap omhoog geschoten.

We staan nu aan het begin van nog zo’n tijdperk. Net zoals de stoommachine masaal energie kon aanwenden voor productieprocessen die de moderne wereld hebben vormgegeven, is het nu de computer die voor een revolutie gaat zorgen. Sinds in de jaren 80’ de personal computer werd geïntroduceerd, zijn de bouwstenen gelegd voor intelligente technologieën die de komende jaren de wereld op zijn kop gaan zetten.

In The Second Machine Age: Work, Progress, and Prosperity in a Time of Brilliant Technologies bespreken auteurs Erik Brynjolfsson en Andrew McAfee hoe de ontwikkeling van computers heeft geleid tot een geleidelijke versnelling en nu klaar is volwassen te worden. Uitvindingen die voorheen alleen in science fiction films thuishoorden komen eraan. Zoals we met de stoommachine in staat werden gesteld massaal te consumeren, stellen computers ons in staat veel slimmer te consumeren. Het eerste machine tijdperk was een fysieke transformatie, nu staan we aan het begin van een omslag in denkkracht.

Waar komt de plotselinge versnelling vandaan? De wet van Moore is van kracht, die stelde in 1975 dat computerkracht ieder jaar verdubbelde. Bijna 40 jaar later en er is nog geen einde in zicht. Bij dergelijke exponentiële groei krijg je eerst grote getallen die nog te bevatten zijn: duizenden, miljoenen en miljarden. Daarna worden de getallen waarlijk bizar en kom je in science fiction gebied. In een dergelijk tijdperk zijn we volgens Brynjolfsson en McAfee nu aanbelandt.

Wat zijn de signalen die duiden op een nieuw tijdperk van technologische vooruitgang? De auteurs noemen onder meer de zelfsturende auto van Google die feilloos zelfstandig door het verkeer kan navigeren, IBM’s supercomputer Watson die zo intelligent is geworden dat hij de wereldkampioenen van de quizshow Jeopardy! heeft verslagen, en Apple’s intelligente personal assistent voor de iPhone kan al verassend goed complexe vragen beantwoorden. Allemaal voorbeelden van prestaties die een paar jaar geleden nog heel ver weg leken. Kortom, een teken dat we nu in exponentieel gebied zitten.

Deze voorbeelden zijn volgens Brynjolfsson en McAfee slechts een warming up. De combinatie van internet en artificial intelligence gaat de komende decennia zorgen voor levenveranderende uitvindingen, stellen zij. Brillen die blinden in staat stellen weer te zien, machines die met gedachten aangestuurd worden, en een gepromoveerde Dr. Watson die de meeste accurate diagnosticus ter wereld is geworden. De Babelfish uit de science fiction film Hitchhikers’ Guide to the Galaxy, een apparaat dat je in je oor stopt dat je in staat stelt iedere taal te verstaan, wordt realiteit. En zo zijn er nog talloze andere voorbeelden te verzinnen.

Revolutionaire technologie en het nieuwe economische denken
De laatste jaren vrezen vele economen en overheidsleiders voor een einde aan economische groei. Volgens de auteurs is dit verre van de waarheid, omdat technologische vooruitgang een nieuw tijdperk van innovatie gaat inluiden. Innovatie zit veelal in het combineren van bestaande technologieën. De Google auto is tot stand gekomen door camera’s, sensoren en GPS-systemen in de mix te gooien. Dergelijke innovaties gaan er nu masaal komen, omdat door Moore’s wet voorheen dure technologieën nu voor weinig geld te krijgen zijn.

De auteurs van The Second Machine Age voorspellen dan ook een langdurige periode van innovatie en economische groei. Bij de introductie van nieuwe technologieën duurt het altijd een tijdje voordat de voordelen hiervan terugkomen in de productiecijfers. Bovendien vereisen digitale innovaties – die analoge euro’s in digitale centen hebben getransformeerd – een andere kijk op economische groei. Nieuwe technologieën brengen namelijk waarde, maar niet noodzakelijk geld. Producten waar bedrijven eerst geld voor vroegen, maar die nu gratis op internet te krijgen zijn – zoals digitale content – leveren misschien geen bijdrage meer aan het Bruto Nationaal Product (BNP), maar dragen desalniettemin positief bij aan een stijgende welvaart in ruime zin.

Zo heeft het digitale tijdperk vele ongrijpbare ‘assets’ met zich meegebracht die er eerst niet waren: gebruikersgemak, tijdsbesparing, user generated content, welzijn en human capital. Wanneer we deze voordelen uitdrukken in een stijging van het BNP, zal de economische groei – zelfs in deze tijden van stagnatie – vele malen hoger liggen. De miljoenen uren die gebruikers bijvoorbeeld gratis doorbrengen op Facebook vinden zij kennelijk meer waard dan (betaalde) activiteiten die ze ook kunnen doen. Het BNP en onze welvaart bewegen misschien wel in tegengestelde richting momenteel. Kortom, het BNP is in deze tijd niet langer een adequate graadmeter voor economische groei.

Voor bedrijven zijn er nog andere factoren om in overweging te nemen, zoals het superstar effect dat betekent dat er voor de middelmaat steeds minder ruimte komt. Digitale technologie stelt theoretisch één iemand in staat met één YouTube video een hele wereldwijde markt te bedienen. In een fysieke winkel zal geen zichtbare ranking bestaan voor videocamera’s, terwijl een online camerawinkel gemakkelijk top 10-lijstjes kan tonen. Voor de verkoop van het best gerankte product zal dit fantastisch uitpakken, terwijl het voor de rest zal leiden tot een stagnatie in sales, terwijl het verschil in eigenlijke kwaliteit maar heel klein hoeft te zijn. De klant kiest altijd voor de beste. Bedrijven zullen steeds meer in nichemarkten moeten denken om nog voorop te kunnen lopen.

Kan technologie leiden tot meer werkloosheid?
Dat nieuwe technologie vele voordelen met zich meebrengt voor de samenleving is duidelijk, maar hoe zit het met banen? Immers, we hebben nog altijd een inkomen nodig om te betalen voor al onze assets die nog van moleculen gemaakt zijn, zoals huizen, auto’s en voedsel. De auteurs van The Second Machine Age constateren dat er de laatste decennia economische groei heeft plaats gevonden, kijkend naar BNP, die voor een groot deel te danken is aan technologische vooruitgang. In lagere en middeninkomens is sinds 1999 echter een teruggang meetbaar, terwijl topinkomens omhoog zijn geschoten. Kortom: de inkomensongelijkheid neemt toe.

Dat lijkt logisch kijkend naar de transformatie in sommige sectoren. Kodak, een bedrijf dat ooit 150.000 werknemers van een inkomen voorzag, nog los van alle toeleveranciers en retailers die met het bedrijf verbonden waren, vroeg faillissement aan in 2013. In hetzelfde jaar nam Facebook fotoservice Instragram over voor 1 miljard dollar. Het bedrijf had op dat moment slechts 15 werknemers in dienst. Dit voorbeeld is illustratief voor wat technologie kan betekenen voor werkgelegenheid en inkomens. Er is een paradox ontstaan. Het BPD is gegroeid en innovatie gaat sneller dan ooit te tevoren. Toch zijn mensen ongekend negatief over de toekomst van hun kinderen.

Er zijn veel economen die geloven dat er vanzelf een correctie komt, waarbij ondernemers nieuwe banen vinden voor mensen die in hun oude banen overbodig zijn geworden. Bovendien leidt nieuwe technologie tot nieuwe marktvragen, waarvoor weer meer werknemers nodig zijn om hieraan te voldoen. Een andere positieve denkstroming is dat de voordelen die technologie brengen, groter zijn dan de nadelen in de verdeling van de verkregen welvaart. Brynjolfsson en McAfee maken zich toch zorgen over de ontwikkeling van lage en middeninkomen. Ja, mensen hebben het beter dan generaties voor hen. Ze kunnen zich iPads, smart phones en laptops veroorloven. Maar ze zijn ook financieel kwetsbaar. De auteurs zijn bang dat de rijke elite, wiens inkomen is verviervoudigd het laatste decennium, politieke macht naar zich toe gaan trekken, waardoor lage- en middeninkomens minder kansen krijgen en de snelheid van innovatie achter zal blijven.

Hoe blijven mensen concurrerend in een wereld van automatisering?
Het is duidelijk dat machines steeds beter worden in complexe communicatie en patroonherkenning. Maar waar mensen nog altijd in vooroplopen is het genereren van nieuwe ideeën en oplossingen voor de problemen van deze tijd. De beste schaker ter wereld is reeds lang geleden verslagen door IBM’s Deep Blue, maar in schaaktoernooien waarbij teams bestaande uit mensen en computers het opnemen tegen teams bestaande uit alleen computers, blijkt de eerste groep duidelijk sterker te zijn. Kortom, mensen en bedrijven die de kracht van technologie succesvol weten aan te wenden zullen nog altijd in staat zijn de voorsprong te pakken. Mensen die succesvol samen kunnen werken met machines, zijn ook in de nieuwe economie nog altijd waardevol.

Om het probleem van stijgende inkomensongelijkheid aan te pakken moeten overheden, ondernemers en werknemers nadenken over hoe we het beste kunnen profiteren van arbeidskracht die is vrijgekomen door automatisering. Anders profiteren alleen de kapitaaleigenaren van de technologische vooruitgang. Er moet gewerkt worden aan het creëren van nieuwe banen, die voorheen niet bestonden. Ook moet er geïnvesteerd worden in vernieuwde educatie die mensen voorbereid op de nieuwe economie in plaats van de oude.

Natuurlijk zou de overheid de door technologie verkregen welvaart ook kunnen verdelen door iedereen van een basisinkomen te voorzien, maar werk is te belangrijk voor mensen. In Amerikaanse wijken met hoge werkloosheid zijn veel meer sociale problemen (o.a. criminaliteit) dan in wijken waar wel werk is, maar even weinig welvaart. Daniel Pink stelt in zijn boek ‘Drive’ dat mensen gedreven worden door drie dingen: autonomy, mastery en purpose. En daar verandert technologie helemaal niets aan.

The Second Machine Age 2

De filosofie van Breaking Bad

Let op: bevat spoilers over het einde

Zoals ik gedacht en gehoopt had, was het einde van Breaking Bad spectaculair. De ongelofelijke saga van Walter White eindigt bevredigender dan ik me zelfs maar voor mogelijk had gehouden. De makers hebben hun publiek precies de adrenaline shot gegeven, die nodig was om deze trip af te sluiten.

In deze blog wil ik terugkijken op de serie met als focus de filosofische grondslagen van Breaking Bad, een serie die laat zien hoe een goede, of in ieder geval fatsoenlijke man, verandert in een ware slechterik. Walter begon als nerdy scheikundeleraar in het eerste seizoen. En vijf seizoenen verder is hij veranderd in de meedogenloze drugsbaron Heisenberg. Breaking Bad toont ons hoe één enkele beslissing – genomen door een man die aan de rand van de afgrond staat – iemand kan transformeren tot gruwelijk slecht mens in staat tot de meest verwerpelijke daden.

In het begin van de serie vertelt Walter zijn leerlingen dat scheikunde de studie van materie is, maar eigenlijk nog meer de studie van verandering. Dit is een prachtige metafoor voor Walter’s eigen verandering – molecuul voor molecuul – tot monster van duivelse proporties. Nadat hij te horen heeft gekregen dat hij longkanker heeft, besluit Walter – vanuit de veronderstelling dat hij niet lang meer te leven heeft, en hij zijn familie wat geld wil nalaten (zijn vrouw Skyler is net zwanger van hun tweede kind), zijn opmerkelijke scheikundige kennis in te zetten om crystal meth te gaan produceren. De rest van Breaking Bad laat de gevolgen zien van deze ene beslissing. En die gevolgen zijn verschrikkelijker dan iedereen, zeker inclusief Walter, voor mogelijk kon houden.

Wat dat betreft blijft Breaking Bad trouw aan zijn scheikundige basis; elke actie heeft een gevolg, soms klein en soms – onverwachts – gigantisch groot. In de befaamde introscènes ontmoeten we vaak karakters die we niet kennen, die een gruwelijk lot moeten ondergaan vanwege een beslissing die Walter ergens heeft genomen. Uiteindelijk is Walter direct of indirect verantwoordelijk voor de dood van wel honderden mensen. Doordat hij Jane laat sterven in seizoen 2, raakt haar vader, een luchtverkeersleider, zo in de war dat hij per ongeluk twee vliegtuigen op elkaar laat botsen boven de stad Albuquerque. De ravage die dit veroorzaakt is een mooie visuele metafoor voor de puinhoop die Walter aanricht in de levens om zich heen.

Bryan Cranston/Walter White - a.k.a. Dr. Jekyll & Mr. Hyde Illustratie gevonden op http://redeyerogue.com/walter-white-the-supervillain

Bryan Cranston/Walter White – a.k.a. Dr. Jekyll & Mr. Hyde
Illustratie gevonden op http://redeyerogue.com/walter-white-the-supervillain

Zo zijn er de onzichtbare gebruikers van meth die hun levens verwoest zien. Maar deze junkies zijn gemakkelijk te rationaliseren voor Walter – ze zouden het toch wel gebruiken, ook zonder Heisenberg’s productie. En Walter’s eerste moorden zijn ook op deze manier te beredeneren. De methwereld is een gewelddadige, dus voor wie zich daarin begeeft is het doden of gedood worden. De dood van Jane is een keerpunt wat dat betreft. Dat Walter toestaat dat zij in haar eigen braaksel stikt heeft niets te maken met zelfverdediging, maar puur met Walter die zijn egoïstische koers wil voortzetten. Hij heeft Jesse nodig als partner en Jane leidt hem af van zijn werk.

Walter’s initiële beslissing is gedreven door de nobele (en volledig begrijpelijke) wens om zijn familie te helpen. Maar volgens filosoof Kierkegaard zijn het vaak juist goede bedoelingen die situaties verergeren, zoals irrigatie mensen water verschaft voor landbouw, maar ook vreselijke ziektes kan veroorzaken. Al snel wordt Walter niet langer gedreven door goede bedoelingen, maar door trots – de gevaarlijkste zonde die er bestaat. Zijn voormalige studievrienden, die een succesvol farmaceutisch bedrijf hebben opgericht, bieden aan voor zijn behandeling te betalen – maar Walter weigert. Hij krijgt vervolgens nog verschillende kansen om de meth business achter zich te laten (zijn kanker gaat zelfs in remissie), maar hij zet zijn slechte daden voort met alle vreselijke gevolgen van dien. Het is zijn egogedreven trots die de katalysator vormt naar al zijn andere zonden.

Zoals de kanker langzaam zijn lichaam verwoest, vreet de morele erosie langzaam Walter’s ziel weg. Tegen het einde van seizoen 4 is hij in staat een klein jongetje te vergiftigen, om hem te helpen zijn doelen te verwezenlijken. Dit zou in het begin ondenkbaar zijn geweest, maar het proces van slecht worden gaat geleidelijk. Walt’s onverschilligheid naar zijn meth slachtoffers, en zijn eerste moorden gepleegd uit zelfbehoud, maken zijn latere grote slechte daden mogelijk. In termen van zijn uiteindelijke bestemming, zijn al zijn eerdere, schijnbaar kleine, beslissingen net zo schadelijk gebleken als zijn grote. Het toegeven aan corruptie, in welke mate dan ook, veroorzaakt uiteindelijk groot lijden. Dat is de echte boodschap van Breaking Bad. Tegen het einde van het eerste deel van seizoen 5 is Heisenberg veranderd in een echte meth koning. De simultaan gepleegde moordaanslagen op acht gevangenen, laat dan ook een parallel zien met het einde van The Godfather, waarin Michael Corleone de hoofden van de vijf families laat vermoorden, en de macht overneemt.

Maar het is maar zeer de vraag of Walter echt slecht is geworden gedurende de serie, of dat de situatie slechts iets ontwaakt heeft dat er al zat. Maker van de serie Vince Gilligan bevestigt dit in een interview in Rolling Stone. ‘Walter’s kanker zorgt dat hij wakker wordt. Hij heeft geslaapwandeld door de eerste vijf decennia van zijn leven, en zijn plotselinge gebrek aan beperkingen en belemmeringen, staan hem toe de persoon te worden die hij eigenlijk is. En die persoon is verre van alleen maar goed.’

Natuurlijk is Breaking Bad ook een morele aanval op het publiek. Hoe walgelijk Walter ook is, toch blijf je aan zijn kant staan wanneer hij het bijvoorbeeld opneemt tegen Gus Fring. Het bekende christelijke gezegde ‘haat de zonde, maar houd van de zondaar’, is hier van toepassing. We hopen dat hij een lesje krijgt, maar willen niet dat hij krijgt wat hij eigenlijk verdient. Uiteindelijk geeft Gilligan het publiek precies dat. Nadat Walter zijn voormalige partner heeft uitgeleverd aan Jack’s bende, één van zijn walgelijkste daden, besluit hij aan het einde Jesse te bevrijden en de slechteriken om zeep te helpen. Ook geeft hij aan zijn vrouw toe dat hij het eigenlijk niet allemaal voor zijn familie heeft gedaan, maar voor zichzelf. In isolatie in New Hampshire, heeft Walter toch een moment van inzicht gekregen.

Met zijn laatste daden, krijgt Walter voor zijn onvermijdelijke dood toch wat verlossing. En wij – het publiek ook – voor het aan Walter’s kant staan. Bedankt daarvoor Vince Gilligan, alsook voor het meesterwerk dat je ons gegeven hebt. Je serie is niet alleen Breaking Bad, maar ook Breaking Best geworden. Het zou wel eens lang kunnen duren, voordat er weer een serie van dit kaliber verschijnt.

Icon 10 - Chemistry